Europa, negeer de VS en kom in actie tegen Israël
NRC Handelsblad, 22 november 2010
Door Dries van Agt, Laurens Jan Brinkhorst en Hans van den Broek
Alle diplomatieke inspanningen ten spijt verkeert het Midden-Oosten vredesproces opnieuw in een impasse. De belangrijkste oorzaak hiervan is het Israëlische nederzettingenbeleid. Terecht weigeren de Palestijnen te onderhandelen zolang Israël doorgaat met het roven en bebouwen van land waarop een levensvatbare Palestijnse staat zou moeten verrijzen.
Om de impasse te doorbreken hebben de Amerikaanse president Obama en diens minister van Buitenlandse Zaken Clinton de Israëlische premier Netanyahu verzocht om de tijdelijke en beperkte 'bouwstop', die in september afliep, met 90 dagen te verlengen. In ruil daarvoor zou Israël een omvangrijk pakket aan diplomatieke en militaire steunmaatregelen ontvangen.
Mocht de Israëlische regering deze deal accepteren, dan zullen de onderhandelingen op korte termijn worden hervat, is de verwachting. Echter, de kans op vrede zou door de overeenkomst ernstige schade oplopen.
Uit diverse mediaberichten valt af te leiden dat Oost-Jeruzalem, waar de nederzettingen in versneld tempo groeien, buiten de bouwstop zou vallen. Het vooruitzicht op een levensvatbare Palestijnse staat, waarvan Oost-Jeruzalem de hoofdstad en de economische motor zou moeten zijn, verdwijnt daardoor uit het zicht. Bovendien zouden veel lopende bouwprojecten van de stop uitgezonderd zijn, waaronder duizenden huizen op de Westoever die in aanbouw zijn.
Ronduit desastreus zijn de gevolgen van twee toezeggingen die de VS naar verluidt aan Israël hebben gedaan. Eén: dat zij na afloop van de 90-dagen periode geen nieuwe bouwstop zullen eisen. Twee: dat zij in de VN-Veiligheidsraad en in andere multilaterale fora systematisch alle pogingen zullen blokkeren om de druk op Israël te doen toenemen.
De eerste toezegging ondergraaft niet alleen de internationale rechtsorde – de nederzettingen zijn illegaal – maar markeert ook een gevaarlijke breuk met de Amerikaanse opstelling tot dusver die, zelfs als de deal afketst, nauwelijks nog hersteld kan worden.
De Routekaart naar Vrede (2003) verplichtte Israël om álle nederzettingenactiviteit, inclusief uitbreiding omwille van 'natuurlijke groei', te staken. De Annapolis-overeenkomst (2007) bevestigde deze verplichting.
Na zijn aantreden heeft president Obama de nederzettingen tot speerpunt verheven. In zijn fameuze toespraak in Cairo, gehouden in juni 2009, zei hij: "The United States does not accept the legitimacy of continued Israeli settlements. This construction violates previous agreements and undermines efforts to achieve peace. It is time for these settlements to stop."
Vijftien maanden later is Cairo historie. Want niets wijst erop dat de Amerikaanse tegemoetkomingen voorwaardelijk zijn, d.w.z. gekoppeld aan tastbare vooruitgang in het vredesproces. Niets wijst erop dat Netanyahu tegenprestaties heeft moeten toezeggen die voor de lange termijn relevant zijn.
Wellicht hebben de Amerikanen deze vrijblijvendheid ingecalculeerd, in de hoop dat Netanyahu's opstelling zodanig te verzachten valt dat hij verandert in een Man of Peace. Maar zo zal het natuurlijk niet lopen. Sinds zijn aantreden in maart 2009 is Netanyahu erop uit geweest de vredesinspanningen van Obama te frustreren. Deelname aan het vredesproces is voor hem een middel om de Palestijnen diplomatiek te neutraliseren en Israëls imago te verbeteren, dat door de Gaza-oorlog flinke deuken heeft opgelopen.
Aan de Palestijnen heeft Netanyahu in de tot dusver gevoerde onderhandelingen geen enkele concessie gedaan. Steeds heeft hij van hen geëist zonder voorwaarden vooraf aan de onderhandelingstafel te verschijnen, terwijl hij zelf bij alle belangrijke kwesties niet-onderhandelbare standpunten heeft ingenomen die vrede blokkeren. Laten we dan ook realistisch zijn: de kans dat er tijdens de beoogde bouwstop een diplomatieke doorbraak kan worden bereikt, is nihil.
Na de bouwstop zal de kolonisatie versneld doorgaan en heeft de internationale gemeenschap het nakijken. Door de tweede Amerikaanse toezegging zullen de mogelijkheden om Israël onder druk te zetten aanzienlijk ingeperkt zijn. En zonder externe druk geen oplossing voor het Israëlisch-Palestijnse conflict.
Voor de Europese Unie staat veel op het spel. Het Israëlisch-Palestijnse conflict woedt in haar achtertuin, de oplossing daarvan is een vitaal belang. Maar het vredesproces dat een oplossing zou moeten voortbrengen is gaan lijken op een Amerikaans-Israëlisch onderonsje. De Palestijnen bungelen ergens in de marge, het Kwartet heeft elke relevantie verloren en de EU is gereduceerd tot een toeschouwer die mag opdraaien voor de kosten van de Israëlische bezetting.
Het bij velen populaire argument dat alleen de VS invloed kunnen uitoefenen is een drogreden om geen kleur te bekennen en geen verantwoordelijkheid te nemen. In werkelijkheid is de EU een machtsfactor van betekenis. Door de intensieve samenwerkingsrelaties die zij met de conflictpartijen heeft, beschikt zij over bilaterale middelen om directe en effectieve invloed uit te oefenen. De inzet daarvan is afhankelijk van politieke wil.
Deze politieke wil moet nu gemobiliseerd worden. De tijd is gekomen voor een eigen en pro-actieve opstelling van de EU, die niet alleen in woord maar ook in daad gebaseerd is op het internationaal recht en dus consequenties verbindt aan de voortgaande schending daarvan.
Natuurlijk zal een dergelijke opstelling de betrekkingen met Washington op de proef stellen. Maar dat gebeurt omgekeerd ook door de politieke keuzes die Obama en Clinton maken. Het heeft voor de EU geen enkele zin de VS te blijven volgen, terwijl die zich begeven op een doodlopend spoor. Aan deze realiteit kan ook de Nederlandse regering niet ontsnappen.
Dries van Agt is oud-premier en voorzitter van The Rights Forum. Laurens Jan Brinkhorst is oud-minister van Economische Zaken. Hans van den Broek is oud-minister van Buitenlandse Zaken.